Iets dat ik al heel lang op mijn lijstje had staan om te koken is rendang. Ik heb het meerdere keren gegeten, steeds met andere ingrediënten en ik vind het heerlijk! Het is wat mij betreft echt een fijn gerecht om in het weekend te maken. Hoe fijn is het om op een gure regenachtige zaterdag in de keuken te staan en een gerecht urenlang te laten stoven? De fantastische geuren trekken over de hele benedenverdieping, waardoor het alleen maar aantrekkelijker wordt. Als het dan eindelijk zover is dat het gerecht klaar is, kan het echte genieten beginnen! Sowieso is dat bij alle stoofgerechten het geval of het nou rendang, coq au vin of stoofvlees met bier is.

Rendang

Rendang is een Indonesisch gerecht uit West-Sumatra. Het wordt ook in Maleisië en Singapore vooral bij feestelijke gelegenheden gegeten. Er zijn twee varianten, een natte en een droge versie. Ik vind zelf de natte rendang lekkerder. Daar zit nog saus bij waardoor het extra smaak heeft. De droge versie wordt droog gekookt. Ook lekker, maar ik vind het daardoor wat lastiger te eten. Rundvlees is het meest gebruikte vlees, daarmee wordt het gerecht ook wel beef rendang of rendang daging genoemd. Rundvlees wordt ook wel eens vervangen door kip, eend of wild. Dus mocht je willen variëren, dan kan dat zeker!

Sambal

In de meeste recepten voor beef rendang of rendang daging wordt sambal gebruikt, met name sambal oelek. Naar mijn smaak is dat iets te pittig. Het gevolg voor mij is dat ik van het gerecht weinig meer proef, de tranen over mijn wangen lopen en al mijn holtes geschoond worden. Daarom heb ik voor mijn recept sambal manis gebruikt. Het is lichtpittig en een beetje zoet. Het past daarmee goed bij kokosmelk, steranijs en kardemom. Het combineert goed waardoor het een smaakvolle rendang wordt die je kan eten zonder tranen. Het bereiden zonder tranen kan ik niet garanderen vanwege de uien… 😉

Bewaren

Persoonlijk vind ik rendang de dag na bereiding lekkerder. De smaken trekken er verder in, waardoor het extra smaak heeft. Al is het op de dag zelf ook om te smullen! Wil je de rendang bewaren, dan kun je dat het beste in een goed afgesloten bakje doen. Laat het gerecht afkoelen en zet het bakje in de koelkast of vriezer. In de koelkast blijft het ongeveer vier dagen goed, in de vriezer maximaal drie maanden. Wil je het weer eten, dan verwarm je de rendang ongeveer een kwartiertje op het fornuis.

Wat heb je nodig?

Aan de slag

  1. Snijd de riblappen in stukken van ongeveer 2 bij 2 centimeter, snipper de uien, pers de tenen knoflook, rasp de gember, kneus de stengels citroengras en de kardemompeulen.

  2. Maak met een keukenmachine of een staafmixer een boemboe door de uien, gember, knoflook, komijn, kurkuma, sambal en zonnebloemolie te pureren.

  3. Zet een braadpan op het vuur en verwarm de boemboe tot deze goed begint te geuren. Bak de boemboe ongeveer vier minuten en voeg dan de riblappen toe. 

  4. Bak het vlees ongeveer vier minuten aan en voeg dan alle overige ingrediënten toe. Je kunt er eventueel voor kiezen om steranijs en de gekneusde kardemompeulen in een los theezakje of thee-ei te doen zodat je ze na afloop makkelijker uit de pan kunt vissen.

  5. Breng het gerecht aan de kook en leg de deksel op de pan. Laat het gerecht vier uur stoven, roer het zo nu en dan even door en controleer of het niet droogkookt. Je kunt eventueel wat extra bouillon toevoegen. Neem na drie uur de deksel van de pan zodat de saus kan inkoken.

  6. De rendang is klaar als het vlees zacht is en praktisch uit elkaar valt. Haal de steranijs, kardemom en citroengras uit de pan. Serveer de rendang met komkommer, rijst en eventueel sperzieboontjes.

    Eet smakelijk!

Keywords: Vlees, Ui, Knoflook, Kokos, Bouillon, Steranijs, Citroengras, Gember, Kruiden, Suiker, Sambal
Ingedeeld onder

Share it on your social network

Ga naar de inhoud