Van koekjes word ik altijd heel blij! Ik vind ze heerlijk om te eten en heel leuk om te maken. Hartige kaasvlinders, griezelige Halloweenkoekjes of koffiebroodjes, alles is goed. Het allerleukst vind ik het om koekjes te maken voor een speciale gelegenheid, zoals deze glas-in-loodkoekjes. Ze zijn perfect voor Valentijnsdag, Moederdag of Vaderdag! Wil je je geliefde extra verrassen, maak dan ook een lekkere Valentijnstaart.
Glas-in-loodkoekjes
Het mag duidelijk zijn dat ik dol ben op koekjes. Iets dat ik echt heel leuk vind om te maken zijn glas-in-loodkoekjes. Koekjes met een kern van gesmolten zuurtjes. Je maakt ze van gewoon koekjesdeeg waar je vormpjes uitsteekt en vervolgens een kleinere versie van dezelfde vorm uitsteekt. Zo krijg je een mooie omlijsting voor het “glas”. Het glas maak je van harde snoepjes of zuurtjes.
Zelf heb ik bij deze glas-in-loodkoekjes gekozen voor roze perensnoepjes, maar je kunt elke kleur zuurtjes gebruiken. Ik vond zuurtjes nog best lastig te vinden, de supermarkten en drogisterijen in de buurt hadden niets dat er op leek en ook de grote zakken zuurtjes bij Action waren lang uitverkocht. Uiteindelijk vond ik de oplossing bij toeval bij een tuincentrum.
Zuurtjes
De zuurtjes kun je het makkelijkst gebruiken als je ze in kleine stukjes kapot slaat. Hiervoor doe je ze in een ziplock zakje, waar je de lucht uitduwt. Dan doe je het zakje goed dicht en wikkel je het in een theedoek of een handdoek. Vervolgens kun je je helemaal uitleven met een deegroller of een hamer, net zolang tot je alleen nog kleine stukjes en gruis over hebt. Daarmee krijg je het mooiste effect in de glas-in-loodkoekjes. Een hamer werkte bij mij het best, de snoepjes waren zo hard dat een deegroller geen enkel effect had.
Bewaren
De glas-in-loodkoekjes kun je heel eenvoudig en lang bewaren. Bewaar ze in een mooie pot of trommel en ze blijven zeker vier weken goed! Zorg ervoor dat je de koekjes niet luchtdicht verpakt, dan blijft het vocht in de pot en worden de koekjes juist zacht. Dat zou zonde zijn!
Glas-in-loodkoekjes
Wat heb je nodig?
Aan de slag
-
Meng de boter en suiker in een kom in ongeveer 5 minuten tot een egaal mengsel, kneed vervolgens het ei erdoor.
-
Zeef de bloem, het zout en kaneel boven de kom en kneed het geheel tot een stevig en egaal deeg.
-
Verpak het deeg in plasticfolie en bewaar 1 nacht in de koelkast.
-
Haal het deeg de volgende dag uit de koelkast en bekleed een bakplaat met bakpapier.
-
Rol het deeg (eventueel in delen) op een met bloem bestoven werkblad uit tot een grote lap. Steek de koekjes uit en leg op de bakplaat. Zet de bakplaat een uurtje in de koelkast.
-
Doe de zuurtjes in de tussentijd in een ziplock zakje, sluit het zakje goed en zorg dat er zoveel mogelijk lucht uit het zakje gaat. Wikkel het zakje met zuurtjes in een theedoek en sla er op met een deegroller of hamer tot de zuurtjes in heel kleine stukjes veranderd zijn.
-
Verwarm de oven voor op 180 graden en haal de koekjes uit de koelkast. Steek nu de binnenste hartjes uit en leg deze er bij op de bakplaat.
-
Bak de koekjes 5 minuten in de voorverwarmde oven. Haal de koekjes uit de oven en vul de uitgestoken ruimtes met de stukgeslagen zuurtjes. Zet de koekjes nog 6 minuten terug in de oven zodat de zuurtjes weer aan elkaar smelten en hou goed in de gaten dat het niet verbrandt.
-
Haal de bakplaat uit de oven en zet op een rooster om af te koelen. Laat de koekjes goed afkoelen zodat de suiker goed uit kan harden.
Eet smakelijk!